Nieuwe BWH: Een extra dag carnaval

"Beste Dominique, De carnaval zit er al weer op. Vier dagen lang was Zuid-Nederland een groot feest. De voetbalschoenen kunnen alweer uit het vet. De bal gaat weer rollen. Bij de club is het vier dagen lang rustig geweest. De vrijwilligers hebben ongetwijfeld wel de handen uit de mouwen gestoken maar gevoetbald werd er niet. Hoe kunnen wij als De Zwaluw zijn de het voetbal en carnaval beter verenigen? Groet, Willem"

Het carnavaleske Kuuk is carnavalsdinsdag moeilijk bereikbaar. Beter gezegd, onbereikbaar. Bij elke kroeg is het dringen geblazen. De massa beperkt zich tot drinken en dansen. Iedereen staat hutje-mutje. Desondanks is er gezelligheid. Dat is een dag later wel anders. Op as woensdag stinkt Cuijk. Het dorp is dan in verval. Cuijk kraakt. Het ruikt er naar bier, oud bier, plak bier. Gadver.

En terwijl ik door de Grotestraat, voor de Cuijkse Schouwburg langs en tussen de scherven van witte wijnflessen door fiets, denk ik aan het dorpse van onze club. Op weg naar de viskraam - niet dat het een met het ander te maken heeft overigens - dwalen mijn gedachten af naar de Oeffeltse voetbalkantine. 

Voor echte caranvalsvierders is vijf dagen het feest van de zotten nog te weinig. Tot nu toe was de enige manier om deze traditie met meer feesturen te verlengen, je aan te melden bij de carnavalsvereniging. Mooi, maar voor sommige - en zeker voor mij - niet ideaal. Nee, carnaval is ook het feest van het dorp. Waar Cuijk, met zijn diverse bevolkingsgroepen, een dag van het jaar verandert in zo’n gehucht heeft Oeffelt daar geen speciale dag of evenement voor nodig. 

Oeffelt is en blijft een dorp. Voor of na de carnaval en met of zonder kerk. Tot dit dorp behoort een voetbalclub. En laat deze vereniging dan nou de, het klinkt een beetje luguber, sociale ontmoetingsplek zijn van alle dorpelingen. Rest mij de vraag te stellen waarom De Zwaluw nog zo weinig betrokken is bij het carnavalsgebeuren. Ja, zo af en toe een prins die in een seniorenteam speelt. Of een jeugdadjudant die aan de macht is. 

Nee, onze voetbalclub moet niet alleen prinsen afleveren bij de Leemknèjers. We moeten meer. Geen eigen prins. Dat is niet nodig en zelfs te veel van het goede. Onze vereniging is goed in (ver)binden. Mensen samen laten komen. En we staan er voor meer dan een club te zijn. Die maatschappelijke verbondenheid moet je niet alleen met de sponsoren tonen. Of met verschillende toernooien als de Easter Open. 

Binden is ook het carnavalsfeest. Het is opvallend hoeveel er dan van elkaar geaccepteerd wordt en hoe diverse verschillen dan in het niets verdwijnen. Om op jouw vraag terug te komen Willem, stel ik voor om een extra carnavalsdag aan de drukke agenda toe te voegen. Iets van dwaze donderdag. Bijna elk team traint op deze dag. Waarom dan niet iets organiseren? Op zich is dan ‘verkleed’ trainen natuurlijk niet zo’n verkeerd plan. Organiseer een toernooi, hussel spelers door elkaar en ga daarna lekker de kantine in. Met z’n allen. Samen. Een extra dag carnaval kan toch geen kwaad? Om dan nog maar niet over onze kantineomzet te reppen.

Reageren? Mail of reageer via Twitter: @DominiquePichel

Op deze pagina staan alle columns op een rijtje.